Uit balans: Oh help, onvoorspelbare dingen met mensen!

Het thema van deze Autismeweek zette me aan het denken: waarvan raak ik nu het meest, of het snelst, uit balans? En ook: wat brengt mij weer in balans? Gek eigenlijk dat ik daar steeds opnieuw weer actief over moet nadenken, terwijl ik vaak genoeg in mijn leven behoorlijk uit balans ben (geweest). Of daadwerkelijk volledig ben omgekukeld. Dan is het toch handig om te weten wat de belangrijkste oorzaken zijn en wat me helpt om weer in terug in balans te komen.

Dat beschrijf ik in twee blogs: in dit eerste blog onderzoek ik wat mij uit balans brengt en in het tweede blog wat mij helpt om in balans te komen en liefst ook te blijven. Ik probeer vooral ook uit te vogelen en uit te leggen wat er in mijn hoofd gebeurt waardoor ogenschijnlijk kleine dingen mij volledig uit balans kunnen brengen.

Het grote, of kleine, Ongewisse

Doorzichtige bal met omgekeerde reflectie van de omgeving

Wat brengt mij eigenlijk uit balans? Een heleboel dingen wel. Althans, een heleboel dingen brengen me kortstondig aan het wiebelen en wankelen. Als die dingen niet te lang duren en niet allemaal tegelijk komen, dan kan ik mijn balans best snel weer terugvinden. Onverwachte harde geluiden, één dag in een veel te drukke omgeving, een fout die ik ook weer kan herstellen. Van die dingen. Daar kan ik best mee omgaan, als ik ten minste goed in mijn vel zit. Als ik al overprikkeld ben, moe of anderszins niet helemaal lekker, dan kunnen dit soort dingen zomaar de druppel zijn die de emmer doet overlopen.

Maar laat ik me richten op wat mij dusdanig uit balans brengt dat ik het niet zo makkelijk kan opvangen. Of ik nu goed in mijn vel zit of niet. Dan kom ik al snel bij één constellatie van dingen uit. Noem het onduidelijkheid, onzekerheid of onvoorspelbaarheid. Het ongewisse. En dat dan in combinatie met menselijk contact. Dat is een hele belangrijke. Langere tijd niet weten waar ik aan toe ben, wat er komen gaat, en daarin afhankelijk zijn van of te maken hebben met anderen. Het kan gaan om grote zaken als werk, wonen, financiën of gezondheid. Dat is logisch. Als er op die gebieden onzekerheid is, raakt iedereen wel uit balans en ik al helemaal. Grote kans dat ik omval.

Veel vaker gaat het bij mij om kleinere alledaagse zaken die in mijn beleving de omvang van grote levenszaken krijgen. Wanneer komt de trein dan wel? Wanneer heeft de supermarkt mijn vaste broodbeleg weer op voorraad? Hoe laat komt de monteur dan precies langs? Gaat die afspraak nu wel of niet door? Wat bedoelt diegene nu eigenlijk precies? Moet ik zelf terugbellen bij een gemiste oproep van een onbekend nummer of wachten tot zij weer bellen? Wanneer komen de buren hun pakketje ophalen dat ik voor ze heb aangenomen? Ik. Kan. Er. Heel. Slecht. Mee. Omgaan.

Onder hoogspanning

Achter elk van deze vragen gaat nog een hele reeks aan andere vragen en gedachten schuil. Vragen en gedachten waar ik in blijf hangen omdat het antwoord onzeker is en afhankelijk van anderen. Neem zo’n monteur die ergens tussen 9:00 en 12:00 uur langskomt (en dan meestal om 12:30 uur pas voor de deur staat). Het is voor iedereen irritant dat je een halve dag thuis moet blijven. Wat het voor mij zo heftig maakt is dat ik in de ‘er gaat iemand langskomen’ stand schiet. Van ruim voor 9:00 uur totdat de monteur weer weg is. En nog een tijdje erna.

Dat betekent concreet:

  • Zeker niet naar de wc, want je zal zien dat ze aanbellen als je net zit!
  • Niet met aandacht iets anders kunnen doen (zoals thuiswerken), want ik moet in mijn hoofd klaar zijn voor interactie met de monteur, dus de ‘spontane-praatjes-met-vreemden’ scripts moeten blijven draaien.
  • Om de 10 minuten kijken of ik de bedrijfswagen al zie buiten, want stel dat de bel toevallig stuk is en de monteur dus niet naar binnen kan en weer weggaat en dat ik dan een nieuwe afspraak moet maken (bellen, AAAH) en ik op een andere dag weer met deze stress moet dealen.
  • Bij ieder geluid in het trappenhuis opspringen en achter de voordeur gaan staan om te luisteren, want misschien is de buitendeur open en kan de monteur dus direct naar mijn voordeur waar de bel het daadwerkelijk niet doet.
  • Honderd keer checken of ik nog snel iets moet opruimen of schoonmaken, want de monteur zal maar net naar de wc moeten, of even handen willen wassen in de keuken, en dan geconfronteerd worden met vuile vaat of stof of troep.

Kort gezegd: ik sta onder hoogspanning en kan nergens anders meer aan denken. Daarom laat ik een nieuwe stofzuiger van, laten we zeggen, 5 kg in een superonhandige megagrote doos liever op 30 minuten loopafstand van mijn huis in zo’n kluis bezorgen. Om hem zelf met pijn en moeite naar huis te dragen. Dat is een stuk minder (in)spannend voor mij dan thuis zitten wachten tot ‘ie aan de voordeur wordt afgeleverd. Door een mens. Tegen wie je dan moet praten. Enzo.

Mentale flexibiliteit? Ja hoor, maar wel binnen een strak kader

Bij de situaties die mij zo uit balans brengen, draait het uiteindelijk om mentale flexibiliteit, om snel kunnen schakelen en vooral ook een zekere mate van sociale spontaniteit en zelfverzekerdheid. Met dat laatste bedoel ik dat je er niet over na hoeft te denken wat je tegen een monteur, bezorger, onbekende beller, willekeurige andere gestrande reiziger of wie dan ook zou kunnen zeggen als de situatie zich voordoet. Omdat sociale interactie als vanzelfsprekend voor je is.

Die eigenschappen heb ik niet. Althans, ik heb ze wel, maar niet als een soort gegeneraliseerde ‘life skills’. Ze zijn bij mij situationeel ingekaderd. Ze zijn er binnen verschillende contexten, maar ze zijn niet overdraagbaar van de ene naar de andere context. Binnen iedere context heb ik op basis van observatie en ervaring sets van scenario’s inclusief sociale scripts ontwikkeld. Tussen die scenario’s en scripts binnen een context kan ik wel schakelen en heel sociaal en flexibel overkomen. Des te vaker ik dat doe binnen een bepaalde context, des te sneller het gaat.

Maar als de context plotseling verandert… KORTSLUITING! Als ik thuis in mijn werkmodus zou zitten, tussen mijn vele, inmiddels zeer gedetailleerde, werkscenario’s en -scripts, en de monteur belt dan aan… KORTSLUITING! Dan is de stresspiek zo hoog dat de kans groot is dat ik de deur niet eens opendoe. Dan ben ik namelijk in paniek in mijn hoofd aan het rondrennen op zoek naar de plek waar ik de scenario’s en scripts voor die context heb zitten. Daar kom ik niet zo vaak, dus dat kost aardig wat moeite.

Je snapt dat dit ontzettend vermoeiend is. Een hele of halve dag in de aanslag om ‘heel spontaan en flexibel’ een onvoorspelbare situatie te doorstaan. Dat vraagt nogal wat mentale en fysieke inspanning. Het brengt me keer op keer uit balans en hoe hard ik daar ook mijn best voor doe, dit soort situaties valt niet helemaal te vermijden. Ik wil ze ook niet volledig vermijden, want ik wil zelfstandig zijn. Daardoor is het heel belangrijk dat ik hier dingen tegenover kan zetten die me helpen weer in balans te komen. Daarover meer in mijn tweede blog!